ZIJN LEVEN

Fons werd in 1943 voor de arbeidsinzet door de Duitsers naar Elzas in Duitsland getransporteerd. In Straatsburg werd hij bevrijd en omdat hij, zijn ogen goed de kost gevend, nogal wat af wist van de fabrieken in Zuid-Duitsland zat hij in de kortste keren in Londen, waar hij bij een bedrijf ging werken. In Londen leerde hij een schatrijke Italiaanse vrouw Rina geheten kennen. Ze trouwden en kregen een dochter, Francine.

Den Briel had in die jaren een honderd-jarig oud krantje dat geschreven werd door Janus Moerman, die Fons kort na de oorlog benoemde tot zijn Londense correspondent.

Zo kwam Fons in het journalisten vak. ‘Onze man in Den Briel’, waaronder zijn berichten in het krantje stonden, was in de beginjaren ’50 binnen de muren van het stadje uitgegroeid tot een belangrijk sleutelfiguur.

Alleen de Briellenaren raakten maar moeizaam gewend aan de methoden van de nieuwsgaarder. Er werd nogal argwanend naar hem gekeken.

Fons wilde op een gegeven moment weer terug naar zijn geboorte stadje Den Briel, maar zijn vrouw voelde daar niets voor. Holland leek haar maar niets. Zodoende kwam er in 1954 een einde aan het huwelijk. Fons ging terug naar zijn vertrouwde Den Briel en vond een kamer op de hoek Schoolstraat- Nobelstraat boven de cafetaria van Atie Vlasblom. Rina ging richting Monaco met de dochter Francine waar ze een rijk leven hebben geleid.

Fons ging onder andere als kok, kapper en sjouwer in een fabriek aan de slag. Daarna begon hij aan de verhuur van de toen bekende Hoover wasmachines aan huisvrouwen. Met zijn rood geverfde bakfiets bracht hij de wasmachines bij zijn klanten en haalde ze weer op. Menig gezin maakte daar gebruik van. Het moet best een goede handel geweest zijn. Hij kwam bijna dagelijks bij de familie Jos en Truus Bels en hun acht kinderen over de vloer in de Witte de Withstraat.

Fons journalistieke loopbaan als ‘Onze man in Den Briel’ verwijst naar de status die hij vanaf 1956 voor het Algemeen Nederlands Persbureau (ANP) had: hij was correspondent voor het ANP dat menigmaal Fons berichten over Brielse situaties in de landelijke dagbladen liet opnemen. Daarnaast schreef hij voor bladen als het Rotterdams Parool, het Rotterdams Nieuwsblad, Het Vrije Volk, de Tijd-Maasbode en De Rotterdammer. En dat groeide uit tot een ware fabriek.

Hij maakte zelf de foto's die hij ook ontwikkelde en afdrukte.

HEVIG VERLIEFT

Als man van 36 werd hij in 1956 hevig verliefd op de veertien jarige Jopie van Balen (1942), die in de Venkelstraat woonde. Dat de ouders van Jopie geen enkel begrip voor die oudere man hadden is natuurlijk wel te begrijpen. En helemaal in die tijd. Haar vader dreigde zelfs enkele keren om naar de politie te gaan. Maar hun liefde hield stand. Fons woonde toen op een kleine bovenwoning in de Koopmansstraat. Bijna elke avond kon je Fons en Jopie begin jaren ’60 aantreffen in Dixi op het Maarland Zz, waar ze gezellig televisie gingen kijken in het zaaltje.

EINDELIJK GETROUWD

Op haar achttiende verjaardag vroeg Fons aan de koningin toestemming om met haar te mogen trouwen. Er zou aan gewerkt worden. Echter, pas toen Jopie 21 en dus meerderjarig was geworden, zijn ze op 4 november 1964 getrouwd. Fons was toen 43 jaar oud.

TROMPMUSEUM

In 1965 werd Jopie benoemd tot conciërge van het museum en afgesproken was dat Fons haar zou assisteren. Zodoende had hij een groot aandeel in de publieksactiviteiten van het museum.

Het echtpaar verhuisde van de bovenwoning in de Koopmanstraat naar de dienstwoning op de benedenverdieping achter het museum, met uitzicht op het Wellerondom en Brielse dom.

De keuken deed ook dienst als donkere kamer voor het fotowerk van Fons.

Fons deed het onderhoud en Jopie de rondleidingen, de kaartverkoop en de schoonmaak. In de aanstellingsbrief van 6 april 1966 wordt de voorwaarde uitgesproken dat haar echtgenoot haar in de uitvoering van deze functie diende te ondersteunen. Zodoende trad Fons op als rondleider van het museum, hielp Jopie bij het beheer van het museum en hield hij de bezoekersaantallen bij.

De vertrekken in het museum, bijvoorbeeld de twee cellen en de Trompzaal, waren toegankelijk voor het publiek. Er is een brief van 31 augustus 1978 waarin Jopie bij de gemeente bepleit de stadswaag voor tentoonstellingen open te stellen om zo meer bezoekers aan te trekken. Dat is uiteindelijk gebeurd, maar zij heeft dat niet meer mee mogen maken want  op 5 december 1978 overleed zij.

DE MASKERADE

Vanaf 1950 kwam Fons elk jaar vóór 5 december naar Den Briel om de Brielse Maskerade te vieren met zijn vriend Jos Bels. In later jaren aangevuld met vrienden als Giel Jansen, Cok Smit, Bas Pothof, Leen Roedolf en anderen. Fons gaf de groep de naam: ‘De Brielse gekken’ of ‘De slappen.’

Fons kocht in Londen koffers vol vuurwerk dat in Nederland nog schaars was. Op Schiphol werd hij door de duane aangehouden waarna hij na een fors bedrag aan invoerrechten te betalen verder naar Den Briel mocht afreizen. Dankzij Fons en zijn vriend Jos werd de maskerade een groots jaarlijks gebeuren dat heel Den Briel en zelfs vele mensen van het eiland op de been bracht. Vooral de jaren ’50 en ’60 waren zeer spectaculair.

In de begin jaren ’70 gingen Fons en Jos met de maskerade veel op pad met Bas Pothof en Leen Roedolf. Eind jaren ’70 en begin jaren ’80, deed Fons met de groep van Rens van Adrighem en Frans Verhoef en anderen mee. Het soort grote spektakelstukken die werden opgevoerd, zijn daarna tijdens de maskerade nooit meer vertoond.

DE 1-APRILFEESTEN

Fons was één van de mannen van het eerste uur wat het 1 aprilfeest betreft. Samen met Jos Bels vormden zij jarenlang het Spaanse duo. Ook met anderen zette hij diverse stunts op touw om het

1 aprilgebeuren landelijke bekendheid te geven. Fons had altijd de gekste ideeën en wist het altijd zo te draaien dat anderen het uitvoerden en hij zelf buiten spel bleef. Dat alles alleen met de bedoeling Den Briel in het landelijke nieuws te krijgen. Een opzet waar hij meestal wel in slaagde.

GEZINSUITBREIDING

Op 18 april 1969 werd Fons en Jopie’s dochter Lisa geboren. In 2006 bij een interview in het blad Bonus vertelt Lisa: ,,Je zou mij eigenlijk een museumstuk kunnen noemen, want wie wordt er nu in een museum geboren?’’

ONZE MAN IN DEN BRIEL

Fons schreef bezeten berichten. ,,Bezeten, echt waar, ’s avonds tot diep in de nacht,’’ vertelde hij aan een collega verslaggever. Toen het dagbad De Tijd verdween werd de spoeling steeds dunner. ,,Ik kreeg een brief waar instond: De Tijd is voorbij, en dat ontroerde me,'' vertelde Fons met weemoed.

Voor zijn journalistieke werk verstond Fons de kunst zélf het nieuws te maken, wat hem uiteraard niet altijd met dank werd aangenomen.

Tijdens een  1-aprilrepetitie liet Wim van der Torre zich tijdens een gesprek gekscherend uit over Verolme - waar veel Briellenaren werkten op de scheepswerf op Rozenburg - dat wat Verolme kan hij ook wel kon. De volgende morgen stond er met vette letters op de voorpagina van het Vrije Volk: ,,Wat Verolme kan kan ik ook’’ zegt de Brielse jachtbouwer van der Torre. Daar was laatst genoemde niet blij mee.

Hij schreef zijn verhalen altijd met opgestapelde velletjes papier met carbon er tussen, waardoor alle kranten het zelfde verhaal kregen. Soms gaf hij een eigen draai aan het verhaal wat niet helemaal de waarheid bevatte. Van gemeenteraadsvergaderingen maakte Fons lange verhalen, die goed werden gelezen.

ALS KUNSTSCHILDER

Pas in de museum periode, na de geboorte van Lisa, is hij in 1972 begonnen met het schilderen van grote doeken, waarbij vooral Jopie en later ook Lisa, vrienden en markante Briellenaren model stonden. Ze noemden Fons een zondagsschilder. Hij schilderde overigens zijn eerste schilderij - een stilleven - in 1953. Hij volgde geen academie of andere opleiding tot beeldend kunstenaar, maar leerde zich het schilderen zelf aan en misschien wel daar door had hij problemen met het perspectief in zijn werk. Ondanks dat was hij een zeer verdienstelijk schilder en goed op de hoogte van de geschiedenis. Veel van zijn werken grijpen terug naar 17de eeuwse schilderijen met mythologische voorstellingen. Vooral Rubens en Titiaan hadden zijn grote voorliefde en daar had hij alle boeken van. Vele realistische en herkenbare portretten van markante Briellenaren zijn te herkennen in zijn schilderijen rond de inname van Den Briel en het jaarlijkse naspelen daar van.

In 1974 exposeerde Fons zijn schilderijen in de Waag van het Trompmuseum. In deze ruimte kwamen de grote doeken mooi tot zijn recht en namen veel Briellenaren kennis van het werk van hun stadsgenoot.

In 1975 werd op spectaculaire wijze op het Wellerondom, Fons nieuwste werk: ‘Het Geuzen Bachanaal’ onthuld. Door heel Den Briel werden plakkaten opgehangen. Op het schilderij pronken Rinus Kuijpers, Jan Teunissen, Jopie en Lisa en op de achtergrond Henk Grootveld en de toenmalige Miss Holland.

Dat zelfde jaar vond er ook een tentoonstelling plaats van Fons zijn werken in het Zwarte schaap, op de hoek Voorstraat- Maarland Zz, die geopend werd door de NOS nieuwslezer Harmen Siezen waarmee hij bevriend was.

In 1977 stelden Fons met Rens van Adrighem een expositie samen van zijn schilderijen betreffende de inname van Den Briel, om tentoon te stellen in Nieuwspoort op het Binnenhof in Den Haag.

Voor het transport en verblijf in Nieuwspoort moesten de werken verzekerd worden. Zij werden toen door een beëdigd taxateur getaxeerd op tussen de zes- en zevenduizend gulden per stuk.

DRAMA

Het vijftien jarig gelukkige huwelijk van Fons en Jopie werd in 1978 abrupt verstoord omdat Jopie met spoed opgenomen moest worden in het ziekenhuis met darmkanker. Zij werd geopereerd en weer naar huis gestuurd. Herstel was onmogelijk en Jopie ging snel achteruit. Fons, Jopie en Lisa leefden altijd erg op zichzelf en buitenstaanders werden niet snel toegelaten. Op het laatst ging het thuis niet langer en werd Jopie ondergebracht in het Streekverpleeghuis De Plantage. Daar kreeg Fons het aan de stok met de medische staf die Jopie wilde vertellen hoe het er voor stond. Fons was daar furieus over en stelde alles in het werk om dit te voorkomen, dat wilde hij zeer beslist niet.

Toen ze het einde voelde aankomen - het was op 5 december - vroeg ze Fons haar te helpen met opstaan terwijl ze geen enkele kracht meer bezat. Uiteraard voldeed Fons aan haar wens en toen omarmde Jopie Fons innig. ,,Leg mij nu maar weer terug in bed’’ waren haar woorden.

Fons sprak af die avond weer op bezoek te komen. Echter twee uur later kwam er een telefonische mededeling dat Jopie was overleden. De maskerade ging op Fons wens gewoon door, maar kreeg daardoor een bijzondere beleving voor velen.

VERDER ZONDER JOPIE

Omdat Jopie als conciërge van het Trompmuseum was weggevallen, moesten Fons en Lisa de woning verlaten. Ook financieel gezien waren de problemen groot. Als bij een huwelijk de man als kostwinner weg viel, kreeg de vrouw een uitkering. Een regeling voor als de vrouw als kostwinner weg viel was er toen nog niet. Dat maakte Fons tot zijn grote teleurstelling afhankelijk van de bijstand. Gelukkig kregen Fons en Lisa snel een andere woning in de Langestraat op nummer 1. Boven waren drie slaapkamers die hij gebruikte als opslag voor zijn grote doeken en plaatste zijn bed in de woonkamer. In de keuken maakte hij voor Lisa een hemelbed.

Het hele woonvertrek ademde de sfeer van eeuwen geleden uit. De schouw werd door Fons helemaal beschilderd met voorstellingen van Jopie die ten hemel voer, hetgeen zijn katholieke achtergrond verraadde. Het toilet deed dienst als donkere kamer voor het ontwikkelen en afdrukken van foto’s voor zijn journalistieke werk.

Hiermee kwam er echter nog geen einde aan alle tegenslagen. Fons werd ziek en moest opgenomen worden in het Ikazia ziekenhuis in Rotterdam. Er moest dus een oplossing gezocht worden voor Lisa. Een tante uit Wateringen was bereid die taak op zich te nemen en kwam naar Den Briel om voor Lisa te zorgen. De tante werd al snel als een indringer gezien.

De wijze waarop dat duidelijk werd, zou een verhaal uit de mythologische geschiedenis kunnen zijn. De tante is uiteindelijk vertrokken en in samenwerking met de huisarts dokter Kamma, de familie Schats en de familie Van den Berg is toen de opvang van Lisa geregeld.

Gelukkig knapte Fons toch weer op en kwam hij naar huis. Met 1 april zat hij - weliswaar met een geel gelaat - weer in de gevangenen kar tijdens de intocht. En Fons sloeg ook weer aan het schildere

In die periode ging hij met Lisa naar Volendam om foto's te maken van Annie Schilder, toen de zangeres van BZN. Hij maakte een portret van haar dat hij haar schonk.

Fons was altijd rond tien uur in de Zalm, waar hij de krant las en een kopje koffie nuttigde.

Half jaren ’80 werkte Fons meer dan een half jaar aan een enorm doek in verband met het jaar van de vrede. Hij schilderde Jopie met ontbloot bovenlijf gezeten op een ouderwets kanon.

De oorlogsdreiging komt in de vorm van een grimmig beestmens uit de hemel. Fons dacht met dit werk de gemeente Brielle te plezieren. De vrede uitgebeeld door een Brielse schilder in het vredesjaar. Maar nee hoor.... de verantwoordelijk wethouder keurde het af. Die wilde geen naaktbeweging in het stadhuis.

Half jaren ’90 veranderden zijn schilderijen naar kleinere formaten en veelal bloemschilderingen. Hij stuurde zelfs een bloemenschildering naar de Spaanse koning Juan Carlos en kreeg daarvoor een dankbetuiging terug van het Spaanse hof. De gemeente kocht voor een habbekrats nog wel zes portretten van bekende Nederlanders en Spanjaarden zoals Alva aan. De overheid betaalde 150 gulden per schilderijtje. Fons vertelde maar niet dat alleen een lijst al 125 gulden per schilderij gekost had. Hij voelde zich dan ook terecht een miskend talent, maar troostte zich met de gedachte dat de mensen misschien later een Löbker wel mooi zouden vinden.

Het is op zijn minst opmerkelijk te noemen dat de bestuurders van Den Briel in die tijd wel 80.000 gulden overhadden voor een stalen gedrocht, om te plaatsen vóór het nieuwe stadskantoor langs de haven, dat wat vormgeving, materiaal en kleur betreft, totaal niet thuis hoort in een stadje als Den Briel en waarvan waarschijnlijk de meeste tijd is gaan zitten in het verzinnen van een tekst om uit te leggen wat het voor zou moeten stellen.

Fons blijvende voorkeur voor mythologische onderwerpen blijkt uit zijn ontwerp voor een gevelsteen ter decoratie van zijn woning aan de Langestraat 1. Deze gevelsteen toont Danaë die in de gedaante van een gouden regen door Zeus bezocht wordt.

DEFINITIEF

In 2003 sloeg het noodlot voor Fons en daarbij ook voor Lisa definitief toe. Hij bleek een ernstige ziekte te hebben en na een lang ziekbed is hij op 1 maart 2003 in aanwezigheid van zijn dochter Lisa  - die op het Asylplein in een appartement van het voormalig Gasthuis woont -  in zijn woning in de Langestraat vredig ingeslapen. De klap moet voor Lisa enorm geweest zijn want de band met haar vader was heel hecht.

De wens zijn begrafenis simpel te houden heeft Lisa vervuld. Ook de openbare verkoop van zijn spullen alsmede de schilderijen die aan particulieren werden verkocht, is verlopen zoals Fons het wilde. De familie Peeren kocht in 2003 een groot deel van de grote doeken zodat ze in Den Briel zijn gebleven.

De opbrengst had Lisa hard nodig voor een steen op haar vaders graf.

Uiteindelijk bestaat Fons oeuvre uit een dertigtal schilderijen waarvan de meesten dus in particuliere handen zijn.

VERDIENDE AANDACHT

In november 2006 krijgen Fons en zijn werk eindelijk de aandacht die ze verdienen. De gemeente Brielle stelde een overzichtsexpositie samen in het Historisch Museum. Het is eigenlijk treurig te noemen dat men daarbij moest putten uit privé bezit. Vooral in Nederland is het gebruikelijk dat kunstenaars of artistieke mensen in het algemeen, pas na hun dood geëerd worden.

Dat is in Den Briel dus niet anders.

De meeste werken liggen of staan nu vermoedelijk weer op zolders of achterkamertjes waardoor de conditie van deze unieke werken niet optimaal en misschien zelfs wel fataal kunnen zijn.

Op foto’s die gepubliceerd zijn in 2006 zijn er duidelijk allerlei butsen en andere ongeregeldheden aan de werken te constateren.

Het werk van Fons heeft beter verdiend. Een vaste tentoonstelling zou zeker niet misstaan en zou daarmee recht doen aan de unieke werken van deze markante Briellenaar. Het is nooit te laat.

Fons Löbker

‘Onze man in Den Briel’

Rens van Adrighem

door autodidact      kunstenaar


De stille hoop van de Brielse zondagsschilder:

Naast mijn persoonlijke herinneringen en de honderden door Fons geschreven krantenartikelen en foto’s die hij maakte en gelukkig bewaarde, vormen de bronnen voor deze uitgebreide beschrijvingen over Fons Löbker, ‘onze man in Den Briel.’

Daarmee kan er terug gekeken worden op het bijzondere leven van deze markante Briellenaar. De meest belangrijke gegevens stelde ik samen als eerbetoon aan Fons en Jopie, en niet onbelangrijk: als document voor Lisa.

HET RESULTAAT

In 2012 kreeg ik de gelegenheid dit bijzondere verhaal te maken met gegevens uit de nalatenschap van Fons, mij aangeboden door Fons dochter Lisa. Met Lisa hebben we na het overlijden van Fons altijd contact gehouden. Ze had graag zelf een boek willen schrijven over haar vader, maar vond dat erg moeilijk en vroeg mij of ik iets zou kunnen doen. Lisa had dikke ordners met honderden krantenartikelen, netjes geordend door Fons en daarnaast honderden foto’s.

Ik heb de enorme hoeveelheid krantenknipsels en foto’s nauwgezet doorgenomen  en bleken een prachtig beeld te geven van alles wat Fons en ook zijn vrouw Jopie allemaal bezig hield in het leven.

Rens van Adrighem
Javea, Spanje  2012

Johannus Alfonsius Löbker werd geboren op 5 juni 1920 als bakkers zoon in de Nobelstraat 15 in Den Briel, en is op 1 maart 2003 op 82-jarige leeftijd overleden. Het was echt een aparte man, die zeker niet in een vakje paste.

Hij leefde eigenlijk in een door zichzelf gecreëerd fantasiewereldje. Sommigen in Den Briel vonden het maar een vreemde snuiter, een soort Tijl Uilenspiegel. Maar echt negatieve woorden hoorde je nooit over hem. Wereldse dingen en realiteitszin, waren hem beslist niet vreemd en hij wist van erg veel zaken af.

Als Tijl Uilenspiegel in een droomwereld

ONZE   man in Den Briel

fascinerende
 leefde in zijn zelfgecreëerde fantasiewereld

Johannus Alfonsius Löbker

     Fons leven  |  Journalist  |  Maskerade 1   2  | 1 april 1  |  1 april 2  |  Kunstschilder Schilderijen | Vriend

‘dat ze mijn werk later wel mooi gaan vinden ooit bewaarheid zal worden’