De ingang van Den Briel en de Arnoldus Botbijlweg heeft door deze in 2008 volledig “foute” aanbouw - aan het fraai gerestaureerd historisch pand op de hoek - het eerste aanzien van de entree van de vesting en de bestaande bebouwing met zijn historische aanblik op onaanvaardbare wijze veranderd.

Op de foto de groen gekleurde aanbouw aan het historische pand aan de Nobelstraat.

Een aanbouw die meer weg heeft van een duiventil dan van woningen.

Waarom  een totaal afwijkende

barakken bouwstijl en dakbedekking van zinken platen inplaats van oud-hollandse dakpannen?

De Zuid-entree van de vesting

En dan nog vijf nieuwe woningen die wat uitstraling betreft volledig buiten de boot vallen bij de bestaande bebouwing. Het geheel doet enorme afbreuk aan deze historische hoek. Volgens Kees Rouw van de momumenten-commissie, in het Algemeen Dagblad van 25 april: "Voor de woningen aan de Arnoldus Botbijlweg geldt, dat in een ver verleden op exact dezelfde locatie al eens bebouwing stond, zo blijkt uit historisch onderzoek, en deze locatie is dan historisch juist.’’

Hoe kan men nu volhouden dat de aanbouw een verantwoorde aanpassing aan de bestaande bebouwing is.

Bestaat aanpassing dan alleen maar uit het toepassen van stenen in de goede kleur.

De werkelijke reden is dat om het contrast met de monumentale panden duidelijk te maken deze woningen een moderne uitstraling hebben gekregen.

Elk laatste stukje groen moet blijkbaar van op elkaar gemetselde stenen worden voorzien. Een ontwikkeling waar niemand buiten project-ontwikkelaars en het gemeentebestuur op zit te wachten.

Foto’s uit 1880 en 1905 laten duidelijk het voormalige Gast-, Proveniers- en Ziekenhuis zien

dat gebouwd was tegen het hoge pand aan.

Een bouwstijl waarin met het huidige gebouwde geen enkele overeenkomst te ontdekken is.

Rens van Adrighem

Arnoldus Botbijlweg
Vesting wal

Zoals goed te zien is op de plattegrond en de 3D tekeningen

is het nieuw aangebouwde

totaal niet aangepast

aan de historische panden.

Als verkoopargument wordt verteld dat er uitzicht is op de oude stadsmuur.

Er is echter uitzicht op de fraai gemetselde erfscheiding met ezelsrug.

Die niets te maken heet met de oude stadsmuur. Die zit namelijk onder de wallen.

Enige gelijkenis van de gebouwde woningen met de

voorheen bestaande bebouwing is ook op geen enkele wijze

te ontdekken. De foute gedachte dat contrast en het toepassen

van bakstenen in de goede kleur de eigentijdse architectuur aanvaardbaarder zou maken volkomen misplaatst is,

is hiermee wel bewezen en uiteindelijk ongewenst te noemen.


Het is niet te bevatten dat de monumentencommissie dergelijke bouw toestaat in het historische Den Briel. Het is een volkomen aanfluiting van de entree van het vestingstadje.

Op 28 maart 2008 stond in de weekkranten het onderstaande:


Bij de entree van Brielle, aan de Nobelstraat, verrijst een tweede Jumbo van groen glas. "Waarom wordt er toestemming gegeven voor een dergelijk gebouw op een zo beeldbepalende plek bij de historische wallen", informeerde VVD-raadslid Klaas Schipper dinsdagavond kritisch bij architect Kees Bouw, voorzitter van de Monumentencommissie. "Het is een duiventil", viel SP-raadslid (de enige Briellenaar in de raad volgens mij) Maarten de Pijper hem bij. Rouw kwam de werkwijze van de Monumentencommissie toelichten in de raadscommissie Grondgebied en benadrukte dat het adviseren aan de raad over bouwprojecten niet een kwestie van smaak is maar vooral het toetsen van de daarvoor gangbare wetmatigheden en normen. Voor historische gebouwen gelden strikte voorwaarden, voor moderne architectuur in veel mindere mate. Rouw verklaarde dat de Jumbo en de nieuwbouw aan het begin van de Nobelstraat van dezelfde architect zijn en liet weten zelf evenmin enthousiast te zijn over het groene gevelmateriaal en de zinken daken. Hij benadrukte dat in 'de kleine oorlogjes' met de architect het afgelopen jaar wel belangrijke aanpassingen in het plan zijn aangebracht. "Als je kijkt wat er eerst lag, ben ik niet ontevreden."

Tweede Jumbo van groen glas bij entree van Brielle

De vraag is: Hoe zijn de uitspraken van Kees Rouw, voorzitter van de Monumentencommissie te rijmen.

Eind maart verklaard hij “Voor historische gebouwen gelden strikte voorwaarden” en gelijkertijd zegt hij evenmin enthousiast te zijn over het groene gevelmateriaal en de zinken daken. Waarom geef je daar dan toestemming voor vraag je je dan af. Er zijn toch strikte voorwaarden? Op 25 april verklaarde hij in het AD dat de bebouwing geheel volgens eerdere bebouwingen plaats vind, dus juist is.

Ontwikkelingen 
rond Brielles historisch erfgoed

door Rens van Adrighem

   NAAR:   De Zuid entree   |   De Sjoel    |   Het Kaaistraat tunneltje   !   Noord-oost entree   |  Site inhoud     

Ingezonden brief uit de

Westvoornse Courant.

Hoe kan het bestaan dat een monumenten- commissie hier toestemming voor geeft en het nog probeert te rechtvaardigen ook.

Hoever kan men gaan in Den Briel, is wat je je afvraagt bij het zien van wat men begin 2009 durft te bouwen in de historische tuin van het voormalige Proveniershuis.

Het beeld van het stalen staketsel spreekt voor zichzelf. Hoe heeft men de bouw voor dit wanstaltige gebouw goed kunnen keuren. Het lijkt er op dat de architect zijn inspiratie heeft gehaald uit een WC-papier rolhouder.

Je vraagt je dan ook af of er niemand meer respect voor het erfgoed, de bestaande bebouwing en het stadsbeeld heeft.

Zijn er dan helemaal geen grenzen meer

aan het steeds meer volstampen van het Brieltje?

In 2009 ging men nog een stapje verder.

Schrikbarend te moeten lezen, dat ook in dit geval de ‘schuld’ van deze ontwikkelingen geheel te wijten is aan het gemeentebestuur en monumentencommissie. Het is ook onbegrijpelijk dat de projectontwikkelaar nooit zijn mening gegeven heeft op alle commentaren, want dat had heel wat duidelijkheid gegeven en voorkomen dat er een verkeerd beeld is ontstaan aan wie deze ontwikkelingen te danken zijn. Je zou door het ontbreken van transparantie, haast kunnen spreken van ‘list en bedrog’ van de zijde van het gemeentebestuur en de monumentencommissie.

Tommie van Dijk

Ook de belachelijke geëiste 'dialoog tussen oud en modern' bij de bouw op deze historische plek, is dus een complete idioterie en fiasco. Dat wist iedereen al bij voorbaat, behalve het gemeentebestuur, die hier op aandringen van burgemeester Van Viegen gehoor aan gaf. Door deze beschamende 'kronkel', zit Den Briel nu dus opgescheept met een dragonder en aanfluiting waar we het de komende jaren mee zullen moeten doen.


De eeuwenoude Born- of waterput op het hof, konden de naaste buren een halfjaar geleden zelfs nog horen ruisen, tot de put door bouwvakkers werd volgestort met puin. In juni 2009 werd deze wandaad nog beloond door het gemeentebestuur, met het argument dat de put toch al vol puin zat en er geen afspraak over was gemaakt. De oude put is nu dus formeel voorgoed onder een betonlaag - onzichtbaar dus -  voor het nageslacht bewaard. Een soap van de bovenste plank, waarmee waarschijnlijk deze historie compleet gemaakt is.

De foto’s van de ‘WC-rolhouder’ spreken boekdelen.

Het futuristische bouwwerk toont bovendien ook grote gelijkenis met de Ark van Noach, maar dan op palen. Met de haven zo dichtbij zou je het gedrocht zo te water willen laten.

De oude historische kapelmuur heeft

men vakkundig weggewerkt achter het bouwwerk, maar wie goed kijkt kan achter de regenpijp de oude muur nog net waarnemen.

Of moeten we er van uit gaan dat de achtermuur in de ‘nis’

op de rechter foto, de restanten van de oude muur zijn.


Hoe dan ook: er is maar weinig of niets over van de oude kapelmuur.

Op 7 september 2009 stond dit stukje in het AD-Voorneputten.

Alle commentaar blijkt dus terecht geweest te zijn.

Als zelfs de betreffende

Monumentencommissie

en wethouder Heijboer toegeven dat hier onherstelbare schade is aangericht door deze wanstaltige bebouwing,

blijkt die kritiek terecht te zijn geweest.

10 september 2009.

Klaas Schipper van de VVD, partijgenoot van wethouder Heijboer, uitte zijn twijfels over de werkwijze van de Monumentencommissie. Al maandenlang waren ze aan het steggelen over zonneschermen boven terrassen in de vesting, terwijl zomaar werd toegestaan dat op de beeldbepalende entree van Den Briel, werd gekozen voor een moderne, tot overmaat van ramp groene aanbouw met een zinkendak aan het historische pand aan de Nobelstraat.

Hoe krom kan het zijn. “De architect heeft een fout gemaakt bij het vaststellen van de Ral-kleur voor de glazen-beplating”, is de verontschuldiging. En “De ontwikkelaar heeft een meetfout gemaakt, waardoor de panden te dicht op elkaar staan”, is wel de grootste dooddoener.

Dat was toch vanaf het begin al te zien op de bouwtekeningen die notabene zelfs in 3-D uitgevoerd werden, dus daar is geen enkel excuus voor. Daarbij komt, dat de architect ten alle tijden verantwoordelijk is voor de maatvoering. Het echte probleem is, dat de eis van B&W - met de burgemeester voorop - de oorzaak is van de bouw met een moderne uitstraling.

Dat de Monumentencommissie met deze foutieve visie is mee gegaan, is een raadsel, of het moet zijn dat daar meer achter zit. Je kan toch niet geloven dat iemand als ingenieur Rouw - als voorzitter van de Monumentencommissie - zich een ongewenste bouw laat opdringen. Juist hij kon toch zien dat een bouw op deze wijze, volledig uit de toon zou vallen en het historische beeld onaanvaardbaar verstoort.

De toestemming voor de bouw van die verschrikkelijke WC-rolhouder is al helemaal niet te bevatten.

Ook het wegwerken van de oude historische kapel muur is ook een regelrechte doodzonde. Die Jumbo groene kleur is nog min of meer eenvoudig op te lossen. Spuit gewoon de heleboel in de kleur van het pand waar het tegenaan gebouwd is, dat zal al een heel ander gezicht zijn. Wat kosten uiteindelijk een paar bussen verf.

Voor de rest is er weinig eer meer te behalen, want sloop zal zeker op dit moment uitgesloten zijn. De hoop is op de volgende generaties gevestigd, waarvan we mogen hopen dat die in staat zijn wèl hun gezonde verstand te gebruiken, zodat Den Briel misschien weer een heel klein beetje naar het verantwoorde historische ‘oude’ terug gebracht wordt en het zo belangrijke erfgoed in ere houdt. Een hoop, dat we met dit gemeentebestuur wel kunnen vergeten. De gemeentelijke trein dendert helaas gewoon door.

Juli 2009.

DE BESLUITVORMING VAN BEBOUWINGEN OP DE HISTORISCHE GROND VAN HET PROVENIERSHOF BLEEK ÉÉN GROTE BEERPUT

Duidelijk is geworden  dat de Brielse Commissie Welstand verantwoordelijk is voor de bijna totale onzichtbaar-heid van de monumentale muur van de voormalige kapel van het Zuider Gasthuis. Die heeft de opdracht gegeven de kapelmuur uit het zicht te laten verdwijnen. De Momumenten-commissie is verantwoordelijk voor het besluit. Al in juni 2007 werd in een procedure conform artikel 10 van de monumenten verordening gesproken over conservering van de kapel muur in verband met de bouw van 3 logies verblijven in een stalen constructies. de commissie besloot toen dat de bouwtechnisch meest interessante delen zichtbaar dienden te blijven en dat de staalconstructie niet voor de zichtlocaties mocht worden geplaatst. Toen de buitenkant van de WC-rolhouder al bijna geheel klaar was, decreteerde de commissie, dat dit 'een te onrustig beeld' zou opleveren. En dat 'de monumentale waarde van de muur het best tot zijn recht komt, door een aaneengesloten, groter stuk van de muur te tonen,' Jammer genoeg is die ene door de commissie toegestane, aaneengesloten zichtlocatie helemaal achter op het terrein terechtgekomen; tegen de oud-bouw aan en achter een kersverse stuclaag. Geïnteresseerden die van een fraaie stuclaag uit de 21º eeuw willen genieten, moeten in de toekomst een poort passeren, waarmee de Proveniershof wordt afgesloten. Dankzij de pijnlijk trage besluitvorming van de gemeentelijke commissies kan een gebouw er dus heel anders uit gaan zien dan het ontwerp er in de inspraakfase uitzag. De oude muur is gewoon verdonkeremaand.

,,Aan de wijze waarop de appartementen aan de Botbijlweg, bekend als de wc-rolhouder, zijn gerealiseerd, heb ik me geërgerd.’’ meld Peter Kroone van de VVD.

,,De realisatie is buiten de raad tot stand gekomen en er zijn door het college, ambtenaren en in het bijzonder de monumentencommissie besluiten genomen over de bebouwingsgraad en het passen binnen een historische omgeving. Een meerderheid van de raad en de bewoners kunnen zich hier niet in vinden.

Laten we ervoor waken dat dit met de panden van Spoon niet weer gebeurt.’’ besluit het raadslid.

In oktober 2005 kochten de Briellenaren Ton Krinsen, Jacques van Oosten en Jos van den Ende van Brielsch Beleg bv. de vier huizen aan de Nobelstraat met bijbehorende tuin aan. De panden stonden daar al sinds 1293. Toen was het Sint Catharina Gasthuis daar gevestigd. Later kreeg het de bestemming van ondermeer Proveniershuis (waar regenten bij elkaar kwamen), wasmachinefabriek van “de Velo” en winkelpand. Begin zeventiger jaren als woonhuizen van de familie Cees Spierenburg en Cor Steenbergen.

Ikzelf heb in die tijd nog meegewerkt aan het verbouwen van de bovenwoning van Cor Steenbergen. Daarna stond het jaren leeg. In een interview in Algemeen Dagblad stond te lezen: ”Het pand was vervallen”, zeggen Krinsen en Van Oosten. In overleg met de monumenten-commissie is het gebouw in oude staat hersteld. De oude nisjes en balken zijn behouden gebleven, ook de oude dakpannen zijn teruggekomen. De laatste twee woningen werden ook verbouwd. De families Krinsen en Van Oosten zijn er zelf in gaan wonen. Ook de andere twee zijn verkocht. Om het project rendabel te maken, zijn er in de tuin vijf huizen gebouwd. Om het contrast met de monumentale panden duidelijk te maken, kregen de woningen een moderne uitstraling. En juist dat is zo ongelooflijk te noemen.


Niets zal blijven zoals het was omdat de tijd andere inzichten en veranderingen met zich mee brengt. Alleen gebeurd dat niet altijd met respect om met het Brielse erfgoed.