“Patertje”

Arnoldus Jansen.

‘Brielles homo’ Broer van Huub Jansen de orgeldraaier en “Schone Magdelena”.

Ging met koffer met textiel achter op de solex boeren mensen langs.

Was bevriend met Maarten Hoogvliet de juwelier.

“Goofy”

Henk Overbeeke.

Lange magere jongen die in de Dijkstraat woonde.

Ik ben jaren bevriend met hem geweest toen ik in de Witte de Withstraat woonde.

“Aasie”

Adrie van der Beemt.

Werkte als zeilmaker bij zeilmakerij Aarts op het Maarland Nz.

“Dove Joop”

Joop Janssen.

Woonde in de Rozemarijnstraat en was de vader

van de bekende Otmar Janssen.

“Leo Pegano”

Leo van Marion.

Woonde in de Voorstraat en was de jongere broer van” Jan Lollie”.

Leo Pegano was een bekend voetbal verslaggever.

“De Meelmuis”

L. van Rij.

Had een meelmaalderij in de voormalige kapel van het Bagijnenhof

in de Coppelstockstraat.

“Izak Potje”

Izak Man in’t veld.

Werkte bij de gemeente en woonde op het Maarland Zz.

Had later een hengelwinkel bij de Kippenbrug.

Zij zoon had ook de zelfde bijnaam.

“Het Pindamannetje”

Henk Boode.

Was een klein mannetje, met een”pindaman” uitstraling die op duikboten gevaren had.

Het was een oom van mij en woonde met zijn vrouw - tante Saar - in de Voorstraat.

Zij waren beiden zo doof als een kwartel dus stond de tv zo hard aan

dat bijna het hele Noordeinde mee kon genieten.

“De Kappen Specialist”

Henk Steenbergen.

Timmerman - Aannemer die woonde op het Maarland Nz. en zijn werkplaats

aan het einde van de Dijkstraat had.

Vernieuwde en repareerde onder andere vele daken van huizen in Den Briel.

“Teun Poppekast”

Teun Wageveld.

Had een radio- tv en grammofoonplatenzaak in de Nobelstraat.

“Doris Day”

Leny Grootveld.

De oudste (blonde) dochter van Henk en Arentje Grootveld, die door meester Rusken

altijd “Doris Day” - naar de bekende Amerikaanse filmster - genoemd werd.

“Schone Magdelena”

Juffrouw Jansen.

Woonde samen met haar broer Huub - de orgeldraaier - op het Maarland Zz.

en had haar bijnaam te danken aan het niet al te ‘schoon’ zijn

en haar baardgroei.

“Tinus Plotseling”

Tinus Saathof.

Woonde in de Kerkstraat en heeft

jaren met een gespalkte, vooruit gebogen arm gelopen.

“De Pet”

Jaap Vlielander.

Caféhouder in de Nobelstraat die altijd een pet droeg

zodat hij deze bijnaam kreeg.

.

“De Sterrekijker”

Herman Looy.

Woonde op een woonboot die in de Kostverloren lag.

Was conducteur op de veerboot Brielle-Rozenburg,

droeg een bril met jampot glazen en keek altijd schuin omhoog.

“Leen Koei”

Leen Roedolf.

Werkte op de veerboot Rozenburg-Maassluis en was in zijn vrije tijd

muzikant en Wit-Rood-Witter in hart en nieren.

“Rooie Lefty”

Meester de Munter.

Was hoofd van de B.L.O.-school en kreeg altijd een rooie kop als hij kwaad werd.

“Stampertje”

Juffrouw Streefkerk.

Onderwijzeres op de O.L.S. en ‘stampte’ altijd als zij boos was.

“Poppesnor”

Meester van de Bovenkamp.

Woonde boven de Centraalgarage (thans v.d. Groef) in de Vischstraat

en later in de M.H. Trompstraat.

Heeft duizenden jongens van het eiland Voorne en Putten het schildersvak

onderwezen op de Technische school in de Van Sleenstraat.

“Grabbel”

Meester Lieshout.

Woonde in de Coppelstockstraat en was onderwijzer elektrotechniek

op de Technische school. Hij “grabbelde” vaak op een speciale plek.

“Tom Poes”

Zoon van meester Lieshout.

Hij liep bij Libetatis Premitiae met de grote trom

en maakte daar altijd een hele show van.

“De Koeiekop”

Leo Verbrugge.

Had een schoenenzaak in de Nobelstraat.

“Cor Snert”

Cor Groeneveld.

Woonde op het Slachtveld bij de Rodebrug en handelde in aardappelen en hooi.

“Jan Glas”

Jan Bohemen.

Glazenwasser die woonde in de Langestraat tegenover het Raas.

Voetbalde in lagere elftallen van Wit - Rood - Wit.

“Pineur”

Hans Vosselman.

Was schilder.

Voetbalde in lagere elftallen van Wit - Rood - Wit.